In maart 2025 hebben wij, op verzoek van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) en de Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV), een verbeterplan opgesteld naar aanleiding van de casus Vlaardingen. In september hebben we het resultaatverslag over de uitvoering van dit plan met de inspecties gedeeld. In hun reactie spreken de inspecties waardering uit voor de manier waarop JBRR met de casus is omgegaan en voor de zichtbare verbeterstappen die zijn gezet. Dat sterkt ons in de overtuiging dat we op de goede weg zijn. Tegelijkertijd geven de inspecties ook aandachtspunten mee om de ingezette veranderingen verder te verdiepen en duurzaam te borgen – en die nemen we serieus.
Wat hebben we bereikt?
In het resultaatverslag laten we zien welke verbeteringen inmiddels zijn doorgevoerd en wat dat betekent in de praktijk. Belangrijke stappen zijn onder andere:
- Aangescherpte werkprocessen bij het Crisisinterventieteam (CIT) bij signalen van disclosure of letsel;
- Meer en consequenter gebruik van de meldcode, met extra aandacht voor de stem van het kind;
- Een nieuwe definitie van huiselijk geweld en kindermishandeling en een aangepast werkproces voor de meldcode;
- Versterkte, positief kritische samenwerking met pleegzorg;
- Betere borging van wettelijke kaders en protocollen in de Aanpak Jeugdbescherming;
- Extra aandacht voor vertrouwenspersonen en steunfiguren rond kinderen;
- Investeren in cultuur en leiderschap, zodat we elkaar vaker en zorgvuldiger aanspreken.
Collega’s geven aan alerter te zijn op signalen van onveiligheid, hun onderbuikgevoelens serieuzer te nemen en de stem van het kind nadrukkelijker te betrekken. Ook de samenwerking met pleegzorg wordt als kritischer én constructiever ervaren.
De komende periode blijven we investeren in het verder implementeren en borgen van de nieuwe werkprocessen, het versterken van de samenwerking met ketenpartners en de ingezette cultuurverandering, reflectie en blijvende deskundigheidsbevordering.
We zijn trots op wat er al is bereikt en bouwen daar graag samen met onze partners op voort.
