"Minderjarige overvallers moeten vaker een enkelband krijgen als ze onder voorwaarden vrijkomen. (...) De Rotterdamse hoofdofficier van justitie Marc van Nimwegen wil zo het aantal overvallen, straatroven en woninginbraken in de Rotterdamse regio verder terugdringen." de Volkskrant, 28.04.2015.
Één van onze collega's testte een week lang de enkelband in het kader van weten wat je adviseert. Zij hield een dagboek bij. “Ik had me van tevoren niet gerealiseerd dat ik zo gedetailleerd gevolgd zou worden”. Lees hier haar verhaal, eerder gepubliceerd in onze nieuwsbrief juli 2014.
Duidelijke afspraken
“Na installatie van de enkelband en afspraken over tijden waarop ik thuis ben en wat mijn gebiedsverbod is, kon mijn week als enkelband draagster beginnen. De afspraak is: tussen 18.00 uur ’s avonds en 8.00 uur ’s ochtends moet ik thuis zijn en Rotterdam Zuid is verboden gebied. Toen ik die eerste avond om 5 over 6 bedacht dat ik toch nog even naar de supermarkt wilde, kon dat dus niet. Ik werd mij heel bewust van mijn enkelband en ik vroeg mij af wat er zou gebeuren als ik toch zou gaan. Ook die eerste nacht, je voelt continu de band om je been. De volgende ochtend wilde ik 2 voor 8 van huis vertrekken maar dat was duidelijk niet de bedoeling. De zender die ik mee moet nemen als ik weg ga gaf de melding: ‘plaats de zender terug in de unit’. Twee minuten later kon ik gaan. ’S Avonds nam de onrust opnieuw toe omdat ik niet weg kon. En ook al had ik geen plannen, het voelde als een beperking.”
Piepende zender
“Het niet kunnen gaan en staan waar je wilt, voelt heel raar en brengt een gevoel van stress met zich mee. Zeker als op Rotterdam Centraal station ineens mijn zender begint te piepen en meldt dat ik mij op verboden gebied bevind. Het blijkt dat niet Rotterdam Zuid als gebiedsverbod staat ingesteld maar Rotterdam centrum! Normaal gesproken grijpt op zo een moment de Reclassering en politie in. Bij mij niet omdat het om een test gaat.”
Grote impact op vrijheid
De conclusie na een week lang een enkelband dragen: “de enkelband heeft een grote impact gehad op mijn gevoel van vrijheid. Het voordeel van een enkelband is dat de jongere geen detentieschade oploopt en zich in zijn eigen omgeving kan ontwikkelen. Maar dan moet een jongere wel een stabiele thuissituatie hebben. Hij/zij moet behoefte hebben aan structuur en zich kunnen houden aan afspraken. Voor jongeren die geen stabiele thuissituatie hebben, geen betrokken ouders hebben of die met veel gezinsleden in een kleine woning wonen, lijkt een enkelband mij minder geschikt. De enkelband kan in die situatie teveel druk leggen op de thuissituatie waardoor deze escaleert. Een enkelband is ook geen optie voor jongeren die gevoelig zijn voor de psychische druk die de enkelband met zich mee kan brengen door het constante gevoel van in de gaten gehouden worden. Of jongeren die vanuit een schaamte cultuur alle situaties gaan vermijden die hun enkelband zou kunnen verraden, dit staat dan weer een goede resocialisatie in de weg. Het blijft maatwerk en moet per situatie ingeschat worden.”